Schoonmaken en klussen: misstanden bij culturele uitwisselingsprogramma’s in Nederland

Foto van een hand die met een schoonmaakdoek over een aanrechtblad gaat.
  • Sylvana van den Braak

Vrijwilligers die naar Nederland komen via Europese uitwisselingsprogramma’s kwamen in slechte omstandigheden terecht bij ten minste twee stichtingen in Nederland. De jongeren voelden zich vernederd en uitgebuit. In sommige gevallen werden ze onder druk gezet om ander werk te doen dan afgesproken, waarvoor zij niet betaald kregen. De betrokken organisaties werden goedgekeurd door de IND en er werden Europese subsidies toegekend, soms tot 670.000 euro per jaar.

Het gaat om de stichtingen Atlantic Bridge in Kruiningen en de Olde Vechte Foundation in Ommen. De afgelopen vier jaar kwamen er ruim 900 jongeren naar Nederland voor culturele uitwisseling, waarvan ten minste ruim 300 van buiten de Europese Unie. Via de zogeheten culturele uitwisselingsregeling kunnen de stichtingen met goedkeuring van de IND versneld visa krijgen voor vrijwilligers van buiten de EU.

Atlantic Bridge

Vrijwilligers die bij Atlantic Bridge hun uitwisseling deden, meldden zich bij hun uitwisselingsorganisatie, het European Solidarity Corps, met klachten. In overeenkomsten ingezien door Argos, belooft Atlantic Bridge dat vrijwilligers tijdens een uitwisseling in Nederland onder meer verschillende religieuze projecten zullen coördineren, Nederlands leren, kerken bezoeken en presentaties op scholen geven. 

Maar daar kwam vaak niets van terecht. De vrijwilligers moesten schoonmaken, klussen en tuinieren - ze waren nauwelijks vrij en kregen voor hun werk 110 euro per maand. Ze moesten daarnaast werken voor een lokale appelboer, terwijl hun salaris werd uitbetaald aan de eigenaar van de stichting. In sommige gevallen werd er gedreigd dat het leefgeld niet zou worden uitgekeerd als zij het werk niet zouden doen, of dat ze terug zouden worden gestuurd naar hun thuisland. Door de vrijwilligers op deze manier te laten werken behaalde stichting Atlantic Bridge een financieel voordeel over de rug van een gesubsidieerde uitwisseling. 

Een van de vrijwilligers van Atlantic Bridge deed aangifte van mensenhandel. De Nederlandse arbeidsinspectie deed onderzoek naar de zaak, maar die werd geseponeerd. Volgens de advocaat van het slachtoffer Merel Hoogendoorn komt dat doordat de lat om mensenhandel te bewijzen hoog ligt. Daarmee zouden veel gevallen van uitbuiting buiten het vizier van het strafrecht blijven. De misstanden werden door de advocaat vervolgens gemeld bij verschillende partijen, waaronder de IND. Toch bleef Atlantic Bridge hierna nog jaren ‘erkend referent’, zoals de erkenning van de IND formeel heet. Er kwamen nadien meer vrijwilligers in dezelfde omstandigheden bij de stichting terecht. Stichting Atlantic Bridge reageerde niet op onze vragen.

Olde Vechte Foundation

Argos sprak ook acht vrijwilligers uit onder andere Georgië, Macedonië en Roemenië die bij de Olde Vechte Foundation in Ommen terechtkwamen. Deze stichting focust zich op jongeren met minder mogelijkheden, bijvoorbeeld vanwege werkloosheid of een lastige thuissituatie. De stichting profileert zich als een instelling voor wat zij beschrijven als ‘informeel leren’: trainingen, persoonlijke ontwikkeling en coaching voor jonge mensen. 

Een aantal vrijwilligers werd verteld dat zij in het trainingscentrum zouden gaan werken, maar moesten in werkelijkheid paardenstallen schoonmaken of in de lokale kringloop werken. Sommige jongeren voelden zich vernederd door begeleiders tijdens hun uitwisseling. Hun kwetsbaarheid werd dan tegen hen gebruikt. ‘Toen ik mijn zorgen over de omstandigheden uitsprak, zei de coördinator dat ik psychisch ziek was, dat ik me dingen verbeelde’, vertelt een vrijwilliger. Een aantal vrijwilligers heeft mentale problemen overgehouden aan hun periode in Nederland. 

De Olde Vechte Foundation zegt zich strikt aan alle regelgeving van de Europese programma’s te houden en altijd duidelijk aan te geven wat de werkzaamheden bij de stichting inhouden. Directeur Marko Vlaming: ‘We willen jongeren ondersteunen in hun persoonlijke ontwikkeling. Maar het is onvermijdelijk dat mensen hier soms niet op hun plek zitten. We werken met een kwetsbare groep jongeren en dat pakt niet altijd goed uit.’ Argos sprak ook meerdere vrijwilligers die een prettige tijd bij de stichting hebben gehad.

Moreel kompas

Toch is hoogleraar migratierecht Tesseltje de Lange kritisch. Ze bekeek de casussen op verzoek van Argos. ‘Er is een gebrek aan een moreel kompas bij sommige organisaties en ondernemers. Dus men denkt kennelijk: de pakkans is klein. En daarnaast is er een gebrek aan handhaving vanuit de overheid. Ik vind dat heel zorgwekkend.’

De uitwisselingsregeling

De vrijwilligers komen naar Nederland via een speciale migratieregeling voor uitwisseling. Op dit moment zijn zeven organisaties door de IND erkend om van de regeling gebruik te maken. Als ‘erkend referent’ kunnen zij versneld visa aanvragen voor vrijwilligers van buiten de Europese Unie. De regeling moet mensen de kans geven om kennis te maken met de Nederlandse cultuur en uitwisseling in Europa bevorderen.

Volgens hoogleraar migratierecht De Lange is er in de basis niks mis met zo’n regeling, maar moet dat wel goed gecontroleerd worden. ‘Wat ik moeizaam vind aan dit soort regelingen is dat er weinig tot geen contact is tussen de overheid en in dit geval de vrijwilliger.’

Reacties

De IND laat in een reactie aan Argos weten dat ze bekend zijn met het dossier van Atlantic Bridge, en destijds maatregelen hebben genomen. Welke dat zijn is onduidelijk, omdat de IND niet ingaat op specifieke dossiers. 

Het European Solidarity Corps, dat de uitwisselingen organiseert en van subsidie voorziet, laat weten dat misbruik en uitbuiting onacceptabel zijn. Als vrijwilligers maanden na hun uitwisseling nog last hebben van wat ze hebben meegemaakt, staat dat haaks op alles wat ze met het programma beogen, schrijven ze. Naar aanleiding van signalen van vrijwilligers zijn er gesprekken gevoerd met de Olde Vechte Foundation. Volgens het European Solidarity Corps zijn de aanbevelingen om de kwaliteit te verbeteren vervolgens allemaal opgevolgd. 

De organisatie geeft aan jarenlang positieve evaluaties over Atlantic Bridge te hebben ontvangen. Toen de organisatie een melding van een vrijwilliger kreeg werd dat als een zeer serieuze, maar op zichzelf staande situatie gezien. De organisatie verscherpte het toezicht en constateerde vervolgens dat Atlantic Bridge ook de afspraken over vrijwilligerstaken daarna bij andere vrijwilligers opnieuw niet naleefde. Ook ontvingen de vrijwilligers niet de vergoedingen waar ze wel recht op hadden. De accreditatie van Atlantic Bridge bij het European Solidarity Corps werd geschorst en liep per 2022 automatisch af. Daarmee kon de stichting niet meer van deze subsidie gebruikmaken. 

Intussen bleef Atlantic Bridge nog bijna twee jaar ‘erkend referent’ volgens de IND. Eind 2023 verdween de stichting ook van deze lijst. Onduidelijk is op wiens verzoek dat was, en of dat gebeurde naar aanleiding van de klachten - daarover wil de IND zich niet uitlaten.

De Olde Vechte Foundation staat nog op de lijst met erkend referenten.